Roet

Roet meet je met behulp van een roetmonitor. Benieuwd? Hier ontdek je hoe je zelf zo’n meting uitvoert!
roet

Waarom is het nuttig om roet te meten?

Roet is een onderdeel van fijn stof. Het bestaat vooral uit deeltjes die ontstaan bij onvolledige verbranding van fossiele en andere brandstoffen. Denk bijvoorbeeld aan diesel, hout of kolen. Roet staat ook bekend als zwarte koolstof en heeft als wetenschappelijke afkorting BC (‘black carbon’). 
Verkeer en huishoudens vormen veruit de 2 voornaamste bronnen van roetuitstoot. Bij verkeer gaat het vooral om de verbranding van diesel en in mindere mate van benzine. Huishoudens stoten voornamelijk roet uit door hout te stoken in kachels en haarden. Hoe meer verkeer je op straat ziet, hoe meer roet je in de lucht meet. De gevolgen van deze uitstoot voor je gezondheid zijn niet min. Bovendien houdt roet warmte vast, wat een impact heeft op het klimaat. Daarom is het interessant om zelf de roetconcentratie in jouw omgeving te bepalen.
Meer informatie over roet vind je op de website van de Vlaamse Milieumaatschappij
 

Meetmethode

Om de roetconcentratie te meten, gebruik je een roetmonitor of aetholometer. Thuis kan je aan de slag met de kleine versie van de roetmonitoren, de microAeth of AE51
Dit toestel zuigt lucht aan terwijl de filter binnenin de roetdeeltjes uit de aangezogen lucht vasthoudt. Naarmate de filter meer roet bevat, kleurt hij donkerder. De monitor meet via lichtabsorptie het aantal roetdeeltjes in de filter: de mate waarin de filter minder licht doorlaat, vormt een maatstaf voor het roet in de lucht.
De AE51 is een klein toestel (12 x 7 x 4 cm) en bovendien erg licht (280 g). Dit maakt het erg geschikt voor korte en/of mobiele meetcampagnes. Dankzij de ingebouwde batterij gaat hij tot wel 24 uur lang mee. Plan je langere meetperiodes, dan sluit je het toestel gewoon aan op het elektriciteitsnet. Denk er wel aan om de filter om de 2 tot 3 dagen vervangen, afhankelijk van de hoeveelheid roet. 
De aethalometer meet de roetconcentratie permanent, maar je kan de metingen niet aflezen op een display. Sluit je het toestel aan op een laptop, dan kan je de metingen wel in real-time volgen.
Na afloop van de metingen lees je de data uit via een PC of laptop. De software hiervoor krijg je bij het afhalen van de toestellen. 
Bij bepaalde instellingen zoals het PIH in Antwerpen, het PCM in Gent of VITO in Mol kan je tegen betaling een draagbare roetmonitor ontlenen. 
Meer technische informatie en tips voor concrete toepassingen van de AE51 vind je op de website van Aethlabs.

Hoe meet je de concentratie roet?

Voor je het experiment start

  • Bekijk de situatie in je buurt. Welke info is al beschikbaar? Heeft één van je buren toevallig al metingen uitgevoerd? Misschien vind je het antwoord op je vraag wel terug in de nieuwste metingen of modelkaarten (Vlaanderen, Nederland).
  • De meetwaarden variëren mogelijk sterk in de tijd, zowel door het uitstootpatroon van de bron als door het weer. We raden je aan om voldoende lang op dezelfde plaats te meten. Best meet je ook op een referentielocatie waar je weinig luchtvervuiling verwacht. Zo bereken je de lokale nettobijdrage en volg je variaties in de achtergrondconcentratie.
  • Je meet beter niet tijdens een regenbui. De concentraties BC vallen dan lager uit dan wanneer het droog is. Bovendien zijn roetmonitoren dure toestellen die niet nat mogen worden, meet dus enkel tijdens droge weersomstandigheden. Opgelet: de flexibele darm voor luchttoevoer moet altijd vrij blijven. 
  • Stel zelf de tijdsresolutie van je aethalometer in: verwacht je op korte tijd grote verschillen omdat je bijvoorbeeld door de stad fietst, gebruik dan best een korte tijdsresolutie zoals 10 seconden. Voor metingen op een vaste plaats bepaal je beter het gemiddelde over 5 minuten.
  • De roetconcentratie varieert duidelijk in de ruimte en de tijd. Onder meer de weersomstandigheden, de locatie en het verkeer oefenen een grote invloed uit:
    • Meer verkeer verhoogt de lokale roetconcentratie. Welk type voertuigen zie je het meest: personenwagens, bestelwagens of vrachtwagens? De roetuitstoot van dieselwagens ligt bovendien veel hoger dan bij benzinewagens. Hoe hoger de euronorm van het voertuig, hoe lager de roetuitstoot.  
    • Bij mobiele metingen waarbij je wandelt of fietst, is het handig om je route op een gps op te slaan of op regelmatige tijdstippen te noteren waar je bent. Dit helpt je om de metingen nadien goed te interpreteren.
    • Op droge, windstille dagen is er meestal meer roet dan op winderige dagen of wanneer het pas geregend heeft.
    • Hou steeds een logboek bij waarin je al deze gegevens noteert

Aan de slag

  • Voer je meting eventueel meerdere keren uit op dezelfde plek. Zo krijg je een meer betrouwbaar beeld van de meetlocatie en ook zicht op de variatie van dag tot dag.
  • Waar hang je je roetmonitor? Kies een plek uit waar je de lucht iedere dag inademt. 
  • Zorg dat de lucht vrij kan stromen rond de opening van je meettoestel.
  • Bepaal de nauwkeurigheid van je aethalometer. Hiervoor vergelijk je hem met een referentiemonitor in het dichtstbijzijnde meetstation van de VMM of van het RIVM
  • Naast de echte metingen op meetstations, stelt de Vlaamse Milieumaatschappij modellen op met de concentraties van BC van plaatsen waar we niet meten. Met deze modelresultaten krijg je ook een idee welke concentraties je mag verwachten. Opgelet, hou hierbij wel rekening met de gebruikte tijdsresolutie.
  • Voer je meting een tijdje met twee of drie toestellen tegelijk uit op dezelfde plek. Kijk of er onderlinge verschillen zijn tussen de toestellen. Meten ze hetzelfde? 

Tijdens je experiment

Noteer de externe omstandigheden in je logboek: verbouwingen, straatwerken of het weer.

Na je experiment

Na afloop van de metingen lees je de data uit via een PC of laptop. De software hiervoor krijg je bij het afhalen van de toestellen. 

  • Bekijk de data met een kritische blik. Zijn er metingen die een vreemd resultaat geven? Of die sterk afwijken van de volledige meetreeks? Misschien was er wel een probleem met je proefopzet, een elektronisch probleem met je toestel of waren er uitzonderlijke omstandigheden. 
  • Bij heel hoge roetconcentraties raakt de filter op korte tijd verzadigd en kan je niet meer juist meten. Dit  kan bijvoorbeeld voorkomen bij een brand in de buurt of bij metingen vlakbij een roetbron. 
  • Meetresultaten met een hoge tijdsresolutie beschouw je best over een langere periode. Zo krijg je betrouwbaardere resultaten.

Meer info nodig over het correct opstellen van een proef? Lees de richtlijnen voor het zelf meten.

Welke situaties kan je zoal meten?

Bepaal de concentratie black carbon op je fietsroute 

Bekijk je route op voorhand al een keertje op bestaande modelkaarten waarop je jouw traject uittekent. Wat is de BC-concentratie op je route? Wat is de minst schadelijke route? Denk daarna na over je proefopzet. 

Roetmetingen zijn erg geschikt om fietsroutes onderling te vergelijken. Dit soort onderzoek werd enkele jaren geleden uitgevoerd door onderzoekers van de Universiteit Antwerpen. Meer info vind je in dit wetenschappelijk artikel.

Het is zinvol om te weten of je sensor na één maand nog hetzelfde registreert dan aan het begin van de maand. Voer daarom enkele metingen nog eens opnieuw uit.  

Hou goed bij om hoe laat je precies vertrekt en aankomt. Tijdens de spits zullen de waarden hoger liggen dan tijdens de daluren. Je doet dit best meerdere keren om een representatief beeld te krijgen. Eenmalige effecten (bv. een fikse regenbui of file) spelen dan een veel minder grote rol. Ook hier geldt: best zo veel en zo lang mogelijk meten om een correct beeld te krijgen. 

Voor wie dit soort onderzoek op grotere schaal wil uitvoeren ontwikkelde VITO met AirQmap een gebruiksvriendelijk en wetenschappelijk onderbouwd meetplatform. Het laat je toe om de luchtkwaliteit op straatniveau voor een groter gebied in kaart te brengen door herhaaldelijk roetmetingen met de fiets uit te voeren. Meer informatie vind je op de website van VITO

Meet het verschil tussen de straatkant en de tuin

Vergelijkende metingen leveren de interessantste informatie op. Je meet dan gelijktijdig op meerdere plaatsen zodat je de mogelijke invloed van veranderende weersomstandigheden uitschakelt. Bekijk dit voorbeeld: 

  • De figuur toont de roetconcentratie op straat (BC-straat) en op een achtergrondlocatie met minder verkeer (BC-achter). Beide metingen vonden plaats op dezelfde dag van 8 tot 11 uur 's morgens. 
  • Bijna altijd was er meer roet aan de straatzijde (BC-straat) dan op de achtergrondlocatie (BC-achter). Aan de straatzijde merk je meer veranderingen doorheen de tijd door de verschillen in de lokale verkeersdrukte. Heb je de smaak te pakken? Tel dan ook het verkeer in je straat (manueel of met een Telraam) om nog meer bijkomende informatie te verzamelen. 
Roetconcentraties (µg/m3) gemeten met de aethalometer, © VMM
Roetconcentraties (µg/m3) gemeten met de aethalometer, © VMM